Van Bali naar Lombok

Dinsdag 15 juni

Dewa, onze gids van een paar dagen geleden was opnieuw onze gids voor vandaag. We bezochten eerst een Barongdans, een Indonesische dans met maskers. Het was maar goed dat we het verhaal in het Nederlands erbij kregen op papier, anders was het lastig te volgen!

We bezochten nog een zilvermaker en een houtsnijder, rondom Ubud zie je veel van dit soort bedrijven en de olifantengrot Pura Gajah, er ligt een badgelegenheid uit de 8e eeuw die pas in 1922 door archeologen is blootgelegd. Indrukwekkend!

Helaas kwam ik er toen achter dat ik (ja, weer Marjolein) mijn zonnebril in het hotel had laten liggen. Onze chauffeur was zo lief om in een half uur op en neer te rijden om hem op te halen (shame on me!).

Daarna bezochten we nog het dorp Tenganan, een traditioneel dorp waar 800 mensen leven en wonen zoals vroeger. We kopen er een Balinese kalender, gemaakt van bamboe, waarop tijdens onze rondwandeling onze namen worden gekerfd. Een bijzonder en persoonlijk aandenken! Dewa vond dat we goed onderhandeld hadden naar nog niet goed genoeg! Een leer voor de volgende keer!

Uiteindelijk stoppen we bij ons hotel voor één nacht in Candidasa. We zijn aangenaam verrast, wat een prachtig resort! ’s Avonds is er een barbecue waar we aan meedoen, er is life muziek, we zitten aan een tafel met uitzicht op zee, wat kan een mens nog meer wensen?

Woensdag 16 juni
Al vroeg worden we opgehaald om de boot naar Gili Trawangang te halen die om 9 uur vertrekt. Rondom de haven is het een chaos van mensen, er is weer een ceremonie en iedereen komt erop af. Uit een kleine auto stappen zomaar 12 volwassenen en kinderen, allemaal prachtig aangekleed en natuurlijk met offers. In de berm zit een man een enorm varken aan een spit rond te draaien. Wat een andere wereld!

De koffers gaan in de boot en dan scheuren we over de golven naar Gili. De tocht duurt 5 kwartier en dat is best lang, want de boot gaat behoorlijk heen en weer. Achter ons worden een paar kindjes langzaamaan heel pips…. Gelukkig gaat het goed en stappen we om half elf aan land. Daar wachten de “chauffeurs” van Gili ons al op. Hier rijden geen auto’s en brommers (op zich een verademing na Bali!) maar karretjes met paarden (cidomo). Onze koffers erin en op naar ons hotel. Gelukkig voor het paardje is het niet zover (en ook voor ons, het zat niet echt comfortabel!).

’s Avonds eten we gezellig aan de enige straat van Gili, namelijk Island Road. We kiezen een leuk restaurantje, ook hier weer aan zee. Het diner krijgt een onverwacht einde: er is namelijk brand in de keuken! Ineens begonnen alle Indonesiers te rennen en te schreeuwen, nog even later zagen we de vlammen uit de keuken komen en werd het restaurant ontruimd. Gelukkig bleek na enige tijd de brand meester maar je zag aan iedereen dat ze erg geschrokken waren. Het is hier natuurlijk super brandbaar met al die houten hutjes en kokosdaken, als dat echt gaat branden dat is er geen houden aan! Er waren drie brandblussers aanwezig maar die deden het alledrie niet! En met een tuinslang die ook nog lek is red je het niet. Tja, Indonesië hè…